Teeltvoorschrift vruchtwisseling tegen aardappelmoeheid
Met dit teeltvoorschrift willen we de verspreiding van en besmetting met aardappelmoeheid voorkomen. Op deze pagina vindt u de regels waar u zich aan moet houden. Deze gaan met name over verplichte vruchtwisseling en aardappelteeltverbodsgebieden.
Meer over aardappelmoeheid
Aardappelmoeheid (AM) ontstaat door een aantal specifieke nematoden, dit zijn kleine aaltjes. Deze nematoden hebben wereldwijd een quarantaine-status. Als een besmetting met AM wordt vastgesteld dan moet u zich houden aan de EU-maatregelen om verspreiding van deze aaltjes te voorkomen. Daarnaast zijn er aanvullende teeltvoorschriften voor Nederland.
Aanvullende teeltvoorschriften Nederland
In Nederland gelden aanvullende regels voor aardappelmoeheid. Die staan in teeltvoorschriften. Hiermee willen we verspreiding van en besmetting met aardappelmoeheid beheersen, en belemmering van de export van voortkwekingsmateriaal zoals bollen, planten en pootaardappelen voorkomen.
Teel aardappelen maximaal 1 keer in 3 jaar op een perceel
U mag slechts 1 keer in 3 jaar op hetzelfde perceel aardappelen telen. Dit heet het 1:3 voorschrift. In de 2 jaar voor een aardappelteelt mag u dus geen aardappelen op dat perceel telen. Dit voorschrift geldt altijd voor de teelt van pootaardappelen. Voor de teelt van consumptie- en zetmeelaardappelen mag u in onderstaande uitzonderlijke gevallen en onder voorwaarden afwijken van dit voorschrift.
Uitzondering Noordoostelijk zand- en dalgrondgebied
Het 1:3 voorschrift geldt niet voor de teelt van zetmeelaardappelen en consumptieaardappelen in het Noordoostelijk zand- en dalgrondgebied. Dit is gebied A op de kaart. Gebruik de legenda om dit te vinden.
Uitzondering vroegrooiregeling
U mag ook van het 1:3 voorschrift afwijken bij de teelt van consumptie- en zetmeelaardappelen, als u deze voor een bepaalde datum rooit. En u deelneemt aan de vroegrooiregeling.
Gebruik de legenda rechtsboven in de kaart. Klik op de kaart voor meer informatie over een gebied.
De NAK houdt toezicht op de vroegrooiregeling. Bekijk meer informatie over de vroegrooiregeling op hun website. Daar kunt u ook ontheffing aanvragen.
Ontheffing bij bijzondere situaties
Ook voor een aantal bijzondere situaties kunt u ontheffing krijgen. Bijvoorbeeld voor de teelt van aardappel als lokgewas. De NAK is hiervoor toezichthouder. Bekijk meer informatie over de ontheffing op hun website. Daar kunt u ook een ontheffing aanvragen.
Geen aardappelteelt in 5 gebieden
U mag helemaal geen aardappelen telen in 5 gebieden waar veel voortkwekingsmateriaal zoals bloembollen, bomen en vaste planten wordt geteeld. Dat noemen we de aardappelteeltverbodsgebieden. Op deze manier kunnen we in deze gebieden garanderen dat voortkwekingsmateriaal van andere gewassen vrij is van aardappelmoeheid.
De verbodsgebieden zijn rood op de kaart. Gebruik de legenda rechtsboven in de kaart. Klik op de kaart voor meer informatie over een gebied.
Handhaving teeltvoorschrift
De NAK controleert of u zich aan dit teeltvoorschrift houdt. Dat doen ze in opdracht van ons. Als inspecteurs van de NAK een overtreding constateren, dan maken ze een rapport van bevindingen en dragen het over aan ons.
Wij kunnen u vervolgens een boete geven, maar we kunnen u ook een maatregel opleggen. Een maatregel is een actie die u moet doen om een overtreding te stoppen. Dat doen we volgens het specifieke interventiebeleid.
Waar vind ik dit in de wet?
De tekst van de wet- en regelgeving is leidend. U vindt de volledige voorschriften vruchtwisseling in verband met aardappelmoeheid in Artikel 37 Regeling plantgezondheid en Artikel 38 Regeling plantgezondheid.
Meer informatie
Bekijk meer informatie op de pagina’s over aardappelmoeheid. Informatie over het toezicht op dit teeltvoorschrift vindt u op de website van de NAK. U kunt ook contact opnemen met de NAK of met ons Klantencontactcentrum.