Algemene regels vervoer diervoeder

De belangrijkste regels voor een voedselveilig transport van diervoeders staan hieronder op een rij. De regels gelden ook voor het vervoer van dierlijke vetten van categorie 3 die bestemd zijn voor gebruik in diervoeders.

De belangrijkste regels voor een diervoederveilig transport zijn:

  • Hou verwerkte diervoeders gescheiden van onverwerkte voedermiddelen en/of toevoegingsmiddelen.
  • Gebruik geschikte verpakkingen en transportmiddelen.
  • Zorg dat diervoeders tijdens vervoer en opslag duidelijk geïdentificeerd zijn. Dat voorkomt verwarring en versleping.
  • Gebruik schone transportmiddelen en pas reinigingsprogramma’s toe. Zie ook de Algemene reinigingseisen vervoer diervoeder.
  • Voorkom bederf, om het binnendringen en het uitgroeien van schadelijke organismen te voorkomen.
  • Voorkom condens.

Waar staat dit in de wet?

De algemene regels voor het vervoer van diervoeders vindt u in bijlage I (primaire productie van diervoeders) en bijlage II (niet primaire productie van diervoeders) van de Diervoederhygiëneverordening.

Standaarden en hygiënecode

Voor wegtransport, treintransport en bevrachting zijn de algemene regels ‘vertaald’ in de GMP+ standaard B4 Transport. Voor de binnenvaart is er een goedgekeurde Hygiënecode GMP+ standaard B4.3. Kust- en binnenvaart.

Algemene reinigingseisen vervoer diervoeder

Bij het vervoer van diervoeders is reiniging tussen de transporten belangrijk. De minimum reinigingseisen voor bulkwegtransporten van de verschillende kwaliteitssystemen zijn vastgelegd in de IDTF (International Database Transport for Feed). Alle producten die niet in deze database voorkomen zijn verboden als lading voor transportmiddelen waarmee ook diervoeders worden vervoerd.

Vervoer dierlijke bijproducten voor diervoeders

De regels gelden ook voor het vervoer van dierlijke bijproducten van categorie 3 die bestemd zijn voor gebruik in diervoeders. Voor het vervoeren van dierlijke bijproducten gelden daarnaast ook specifieke regels.

Dierziektes en transport

Wilt u een diervoeder vervoeren en heerst er een dierziekte? Dan gelden er strengere regels voor het reinigen en ontsmetten van transportmiddelen.

Meldplicht

Transporteurs hebben een meldplicht als ze constateren of vermoeden dat ze onveilige levensmiddelen of diervoeders vervoeren. Raadpleeg voor meer informatie hierover de NVWA-meldwijzer en Melden onveilige diervoeders.

Ongeschikte diervoeders

Producten die niet (langer) geschikt zijn als diervoeder kunnen afhankelijk van de bron (plantaardig of dierlijk) en reden voor ongeschiktheid verschillende bestemmingen krijgen. Denk aan biodiesel of (mee)verbranding. Dit kan mogelijk gevolgen hebben voor het transportmiddel (reiniging et cetera).

Deze producten moeten zodanig geëtiketteerd zijn dat duidelijk is dat zij bestemd zijn voor andere doeleinden dan diervoeder. Dit mag achteraf niet door een andere exploitant in een later stadium van de keten worden veranderd.