Monstername en officiële toetsing zaden op ToBRFV
Wilt u zaden laten toetsen om een partij in de handel te kunnen brengen? Een officiële monstername en toets is vereist. Er gelden regels voor de bemonstering van zaden en de toetsmethode.
Wat zijn de regels voor het afnemen van monsters en toetsen van zaden?
Heeft u toetsuitslagen nodig voor een officiële verklaring, zoals een plantenpaspoort of een fytosanitair certificaat? Het afnemen van monsters voor het toetsen van zaden moet op 1 van de volgende manieren gebeuren:
- Door een keurmeester van keuringsdienst Naktuinbouw.
- Door een bedrijf met een NAL-erkenning (Naktuinbouw Authorized Laboratory). Vanaf 1 februari 2025 wordt dit een LEEZ-erkenning (Laboratoria Erkend voor Export van Zaaizaden).
- Door een bedrijf met een BOOT-erkenning (Bemonstering Onder Officieel Toezicht).
NAL en BOOT
Bedrijven met een LEEZ- of BOOT-erkenning moeten aan eisen voldoen. Die eisen gaan over het kwaliteitsmanagementsysteem, over het afnemen van het monster en over degene die dit uitvoert. Dit is voor ons een waarborg dat deze bedrijven de monsters op een betrouwbare wijze afnemen.
Toetsing zaden en moederplanten
De keurmeester of erkende monsternemer stuurt het monster op naar het laboratorium van Naktuinbouw, of biedt het monster voor toetsing aan bij een laboratorium met een NAL-erkenning. Naktuinbouw bepaalt welke moleculaire toetsen geschikt zijn voor het uitvoeren van een officiële toets.
Gaat het om kleine zaadpartijen van maximaal 30 moederplanten? Dan mag u de moederplanten in plaats van de zaden laten toetsen.
Planten in opkweek
Voor planten in de opkweek geldt dat de zaden officieel getoetst moeten zijn op ToBRFV. Uit de toets moet blijken dat de zaden vrij zijn van ToBRFV. Of de zaden moeten uit een land komen dat officieel vrij is bevonden van ToBRFV.