Toetsing op ringrot

Hoe de NAK pootaardappelen toetst, hangt af van het risico op ringrot. Lees hieronder wat geldt in verschillende situaties.

Toetsing bij normaal risico

Bij de integrale toetsing van pootaardappelen onderzoekt de NAK 1 monster per partij, met een maximum oppervlakte van 6 hectare per monster. Een monster bestaat uit 200 knollen.

Toetsingsniveau bij verhoogd risico

Als er een groter risico op verspreiding van ringrot is, onderzoekt de NAK van alle pootgoedpartijen 1 monster per 25 ton. Dit is zo in de volgende gevallen:

  • U gebruikt op uw bedrijf gesneden pootgoed voor de teelt van consumptieaardappelen.
  • U snijdt pootgoed voor anderen op een bedrijfslocatie die u gebruikt voor pootaardappelteelt.
  • U teelt pootgoed in een gebied waar verhoogd risico bestaat op ringrot.
  • U heeft een pootgoedpartij gekocht van een bedrijf, waar binnen 3 jaar na aflevering ringrot wordt aangetroffen.
  • U heeft een pootgoedpartij gekocht van een bedrijf waar binnen 3 jaar een waarschijnlijke besmetting met ringrot wordt vastgesteld.
  • U teelt van een partij, waarin na aflevering in een vervolgteelt ringrot is aangetroffen.

Wat wordt als risicobedrijf aangemerkt?

In ieder geval worden als risicobedrijf aangemerkt, bedrijven of productieplaatsen:

  • waar een besmetverklaring ringrot is opgelegd in de voorgaande 3 jaar;
  • waar een waarschijnlijk besmetverklaring ringrot is opgelegd op partijen, apparatuur en/of installaties en/of een perceel in de voorgaande 3 jaar;
  • waar sprake is van een verhoogd risico naar aanleiding van een notificatie uit een ander land van een vondst of verdenking van ringrot in een door het bedrijf geleverde partij of in de nateelt hiervan in de voorgaande 3 jaar. Notificaties waarbij door de NVWA vastgesteld wordt dat er geen enkel risico op verspreiding van ringrot aanwezig is geweest, geven geen aanleiding tot een risicostatus.
  • die afnemer zijn van een pootgoedpartij, afkomstig van een pootgoedbedrijf, waar een waarschijnlijk besmetverklaring is opgelegd naar aanleiding van het waarschijnlijk besmet verklaren van een klonale lijn. De duur van de intensieve toetsing bedraagt 3 jaar, geteld vanaf het 1e jaar van teelt van de toegeleverde partij.
    Nota Bene: Het betreft de levering van 1 van de zogenaamde overige pootgoedpartijen van een bedrijf, waar t.g.v. klonale verwantschap een waarschijnlijk besmetverklaring is opgelegd. De NVWA adviseert pootgoedtelers om degelijke partijen niet aan te kopen.
  • die een pootgoedpartij hebben geteeld en volledig hebben afgeleverd, die in de 1e of 2e opvolgende nateelt besmet of waarschijnlijk besmet is verklaard. De duur van de intensieve toetsing bedraagt 3 jaar, geteld vanaf het laatste jaar van teelt van de afgeleverde partij uit een klonaal besmette of waarschijnlijk besmette partij.
    Nota Bene: In deze situatie wordt er teruggekeken in de stamboom van een besmette of waarschijnlijk besmette lijn naar toeleveranciers van pootgoed. Het betreft hier pootgoedtelers die geen nateelt meer hebben van klonaal verwante partijen. De NVWA adviseert deze pootgoedtelers om al het aanwezige pootgoed niet voor de pootgoedteelt te gebruiken en af te leveren.
  • die afnemer zijn van een pootgoedpartij, afkomstig van een pootgoedbedrijf, waar een partij is geteeld die in de eerste of tweede opvolgende nateelt besmet of waarschijnlijk besmet is verklaard. De duur van de intensieve toetsing bedraagt 3 jaar, geteld vanaf het 1e jaar van teelt van de toegeleverde partij.
    Nota Bene: In deze situatie wordt er teruggekeken in de stamboom van een besmette of waarschijnlijk besmette lijn. De bedrijven in de stamboom hebben andere, niet klonaal verwante partijen (meestal ander ras) geteeld en afgeleverd. Deze partijen kunnen in contact zijn gekomen met (waarschijnlijk) besmette aardappelen. De NVWA adviseert pootgoedtelers om degelijke partijen niet voor. de pootgoedteelt te gebruiken en af te leveren.
  • die gemeenschappelijke gebruik hebben gemaakt van apparatuur en/of installaties met een bedrijf, waar een besmetverklaring ringrot is opgelegd of waar sprake is van een risicovol machinecontact met een partij, die besmet is verklaard. De duur van de intensievere toetsing bedraagt 3 jaar, geteld vanaf het gemeenschappelijke machinegebruik en/of risicovolle machinecontact.
  • waar sprake is van het snijden van pootgoed en/of het gebruik van gesneden pootgoed voor de teelt van poot- of consumptieaardappelen. De duur van de verzwaarde toetsing bedraagt 3 jaar, te rekenen vanaf (dus inclusief) het jaar van snijden van de aardappelen of gebruik van gesneden aardappelen.
    Nota Bene: Alle vormen van snijden of gebruik van gesneden pootgoed vallen onder de intensievere toetsing. Ook snijden in opdracht van voor derden op de productieplaats geldt als risicofactor voor de intensievere toetsing.