Marieke Florijn - Bonhof, senior beleidsmedewerker fytosanitair (derde landen)
Mensen denken wel eens dat ik al heel lang voor de NVWA werk. Toch zit ik er nog maar anderhalf jaar. Ik snap de verwarring wel: ik heb hier namelijk vroeger óók gewerkt, zo'n 15 jaar geleden. Althans, bij de Plantenziektenkundige Dienst, een voorloper van de NVWA. Ik had Tuinbouw gestudeerd aan de Hoge Agrarische School, de opleiding Plantenziektenkunde afgerond in Wageningen en in Kenia meegewerkt aan een Nederlands overheidsproject rond de biologische bestrijding van plantenziektes. Over die niet-chemische bestrijding heb ik vervolgens een proefschrift geschreven. Al met al paste de Plantenziektenkundige Dienst - en in het bijzonder de afdeling fytosanitaire zaken - dus goed in mijn straatje. En ik had er waarschijnlijk nog wel langer gewerkt dan 2 jaar, als ik mijn man niet tegen was gekomen.
In de voorhoede lopen
Mijn man woonde in Putten. En dat was toch best een eind weg van Den Haag, waar ik op dat moment actief was. Ik ben toen voor de gemeente Putten gaan werken, als griffier. Ook leuk. Ik was adviseur van de gemeenteraad, schreef voorstellen, dacht kritisch mee. Maar hoewel ik energie kreeg van deze rol, miste ik wel de inhoud en verdieping van mijn oude vak. Ik vind de agrarische sector ook gewoon leuker dan het openbaar bestuur. Prachtig vind de gedrevenheid, nieuwsgierigheid en het innovatief vermogen van deze sector – van telers tot kennisinstellingen en handelaren. Nederland loopt op dat vlak echt in de voorhoede. Zo zijn we hier voortdurend aan het onderzoeken hoe we een nóg beter product kunnen krijgen met minder bemesting en minder gewasbeschermingsmiddelen.
"Deze baan brengt alles wat ik leuk vind samen"
Markttoegang krijgen
Toen een oud-collega me vertelde dat er een vacature was bij de NVWA, hoefde ik dus niet lang na te denken. Nu ben ik senior beleidsmedewerker Fytosanitair (derde landen). Dat betekent dat ik in principe exportgerelateerde zaken op mijn bord heb. Hierbij focus ik me op Azië. De centrale vraag in mijn werk is: hoe kan Nederland Aziatische landen de garantie geven dat Nederlandse producten geen plantenziekten dragen? Die garantie is nodig om markttoegang tot die landen te krijgen en behouden. Mijn werk vereist kennis van ziekten, plagen en teelt. Ik heb veel contact met ambassades, sectororganisaties, keuringsdiensten en ons lab. En ik moet beoordelen in hoeverre de eisen van landen redelijk en fytosanitair verantwoord zijn. Daarmee brengt deze baan alles wat ik leuk vind samen.
Uitdagingen aangaan
Ik heb 4 directe collega's bij Fytosanitair (derde landen). Het is fantastisch dat iedereen zo stevig doorpakt, dat we het allemaal zo goed mogelijk willen doen en dat we steeds weer nieuwe, interessante uitdagingen voorgeschoteld krijgen. Wel zie ik dat mensen eigenlijk altijd al vol zitten met bestaande uitdagingen. Ik ben daarom weleens bang dat ze overspannen raken. En dat zou natuurlijk niet goed zijn - niet voor mijn collega's, niet voor de organisatie en niet voor de kwaliteit van ons werk. Ook mag er wat meer aandacht komen voor het inwerken van en kennismaken met collega's. Als we allemaal vanaf het begin weten bij wie we waarvoor terechtkunnen, wordt de organisatie nog efficiënter. En dan kunnen we nog meer goeds doen.
Problemen voorkomen
Want we doen al veel goeds, als NVWA. De buitenwereld associeert ons misschien met lastige controles, onduidelijkheden, wéér nieuwe wetgeving en af en toe een uitglijder. Maar we voorkomen ontzettend veel problemen - voor de economie en voor de gezondheid van mens, dier en plant. Dus zoek je kennisgedreven, inhoudelijk en zelfstandig werk, met volop vrijheid en verantwoordelijkheid, met doorgroeimogelijkheden voor jouzelf en met nut voor de samenleving? Werken bij de NVWA biedt het allemaal!