Consumenten moeten erop kunnen vertrouwen dat het voedsel dat zij kopen veilig is. Iedereen die voedsel produceert, verhandelt of verkoopt draagt zélf de verantwoordelijkheid om alleen veilig voedsel of veilige grondstoffen daarvoor op de markt te brengen en de reststromen op een correcte wijze af te voeren. Voedselveiligheid is het grootste publieke belang waarop wij toezien: in 2021 besteedden wij hier 50% van onze capaciteit aan. Onder dit publieke belang vallen in totaal 8 domeinen.
We richten ons op de gehele plantaardige en dierlijke voedselketen ('van grond tot mond'), inclusief diervoeders voor landbouwhuisdieren en dierlijke bijproducten. Naast officiële controles bij import en export, industriële productie en transport, houden we ook toezicht op de voedselveiligheid bij de bereiding, verkoop en verstrekking van levensmiddelen aan consumenten en op fraude en misleiding. Een groot deel van onze capaciteit voor voedselveiligheid bestaat daarnaast uit werkzaamheden binnen het domein 'Vleesketen en voedselveiligheid'. Dit komt met name door het intensieve toezicht in een aantal grote slachthuizen, waarbij de permanente aanwezigheid van een toezichthoudend dierenarts wettelijk verplicht is.
Ons verhaal
"Ons toezicht gaat lang niet alleen over de vraag of bedrijven volgens procedures handelen. Het gaat zeker evenveel over de vraag of individuele medewerkers dat ook doen.” Lees het hele verhaal
Toezicht algemeen
Binnen het publieke belang Voedselveiligheid gebruiken we verschillende vormen van toezicht, zoals fysieke en digitale inspecties, audits, administratieve controles, monsternames en -analyses. Ook zetten we steeds vaker 'handhavingscommunicatie' in om bedrijven te stimuleren om wet- en regelgeving na te leven. Dat doen we door over relevante wet- en regelgeving te communiceren via webdossiers, handboeken, (interactieve) tools en flyers.
Toezichtintensiteit
Alleen al in Nederland zijn ongeveer 300.000 bedrijven actief in de voedselketen. De NVWA kan niet al deze bedrijven elk jaar controleren. Daarom nemen we risicogerichte steekproeven. De toezichtintensiteit laat zien hoeveel bedrijven de NVWA bezoekt binnen het totaal van de doelgroep (bedrijven of producten) waar het toezicht zich op richt. In 2021 was de totale toezichtintensiteit, exclusief monstername, ongeveer 6%, ten opzichte van ongeveer 4% in 2020 (exclusief de categorieën 'Vleesketen en voedselveiligheid' en Diergeneesmiddelen). Voor diergeneesmiddelen is de toezichtintensiteit <1%. De datakwaliteit van de door ons gebruikte KPI's wordt geduid in hoe wij werken.
doelgroep
toezichtintensiteit 2020
toezichtintensiteit 2021
Voedselveiligheid
4%
6%
De toezichtintensiteit in 2021 is toegenomen doordat er minder effect was van de coronamaatregelen dan in 2020.
Naast het reguliere toezicht op bedrijven houden we ook toezicht op incidenten en (grote) fraudezaken:
In 2021 hebben we veel capaciteit besteed aan de afhandeling van een grote fraudezaak. Hierin hebben we voor het eerst in zo'n grote zaak gebruikgemaakt van de mogelijkheid om omzetgerelateerde boetes op te leggen.
Afgelopen jaar was er veel maatschappelijke aandacht voor verontreiniging van levensmiddelen met de verboden stof ethyleenoxide, onder meer als gevolg van partijen verontreinigd sesamzaad uit India en een verontreinigd verdikkingsmiddel dat in veel verschillende producten werd gebruikt. Dit heeft geleid tot een grote terugroepactie van verontreinigde producten.
In 2021 konden we voor het eerst via DNA-analyse ziektegevallen koppelen aan ziekteverwekkers (listeria) in specifieke batches levensmiddelen
We hebben na een melding van het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum (NVIC) onderzocht of het voedingssupplement Shambala schadelijk is. Dat bleek inderdaad zo te zijn, waarna we de verkopers hebben opgedragen te stoppen met de verkoop en de middelen uit de handel te halen. Ook adviseerden we consumenten om het middel niet meer te kopen en te gebruiken. Er was veel media-aandacht voor deze zaak. Ook voor verschillende andere schadelijke voedingssupplementen heeft de NVWA consumenten geadviseerd om producten niet te consumeren.
Versterking toezicht vleesketen
Naar aanleiding van een extern onderzoek naar de kleine en middelgrote slachthuizen in Noord-Nederland en een intern auditrapport hebben we het toezicht op de vleesketen vanaf 2020 geïntensiveerd. In 2021 heeft dat onder andere geleid tot de volgende inzet:
Betere beoordeling niet-transportwaardigheid varkens, paarden en runderen
We hebben het beoordelingstraject van de niet-transportwaardigheid van varkens, paarden, en volwassen runderen verbeterd. Het dierenwelzijn tijdens transport is beter geborgd. Mede dankzij duidelijke richtlijnen en afstemming met de sector over verantwoordelijkheden, en door gestructureerd werkoverleg en casuïstiekbespreking binnen de NVWA. Het aantal openstaande internationale meldingen in het kader van transportwaardigheid is afgenomen. Daarnaast monitoren we herhaaldelijk en gericht het gebruik van verboden middelen om niet transportwaardigheid te verdoezelen, ook op onze verzamelcentra.
Uniform toezicht en verstevigde organisatie
We hebben gewerkt aan uniform toezichthouden en het verder verstevigen van onze organisatie: voor de accreditatie van onze werkprocessen in de slachthuizen hebben we interne audits voor roodvlees, pluimvee en levend vee uitgevoerd.
We hebben het toezicht versterkt:
Met het systeem van risicogericht toezicht volgens de nieuwe Controleverordening hebben we in de praktijk met name meer toezicht gehouden op de middelgrote slachthuizen waar grotere risico's zijn en waaraan voorheen minder toezichttijd werd besteed.
Bij verzamelcentra passen we bij risicobedrijven het vierogenprincipe toe, via een extra toezichthouder.
Bij bedrijven die slecht (blijven) presteren zetten we verscherpt toezicht in. Een voorbeeld van een dergelijk disciplinerend traject is de schorsing van de erkenning voor het slachten van een slachterij en de hervatting daarvan onder voorwaarden.
Om de slagkracht van ons toezicht op de vleesketen te vergroten, werken we aan het verkorten van de doorlooptijd van het opleggen van sancties.
Om bovenstaande activiteiten uit te voeren heeft de NVWA in 2021, in een krappe arbeidsmarkt, toch enkele tientallen toezichthoudend dierenartsen en practitioners weten te werven door een intensieve campagne.
Specifieke controles op afvoeren dode runderen en afgekeurde karkassen
In aanvulling op onze reguliere aanwezigheid in slachthuizen hebben we specifieke controles uitgevoerd op het afvoeren van dode runderen en afgekeurde karkassen uit het slachthuis. Met de sector hebben we opties voor correcte afvoer van afgekeurde karkassen onderzocht.
Toezichtintensiteit
De bedrijfscategorie 'Vleesketen en voedselveiligheid' vormt een aparte groep, aangezien volgens de wet in grote slachthuizen permanent een toezichthoudend dierenarts van de NVWA aanwezig moet zijn. Voor een aantal erkende roodvlees-slachthuizen geldt dat hier niet wordt geslacht waardoor de toezichtintensiteit iets lager is dan 100%. Verder zijn alle keuringswerkzaamheden en het toezicht tijdens het slachten volgens de planning uitgevoerd. Afhankelijk van het bedrijfstype moesten we in 1% tot 4% van de gevallen handhaven. De datakwaliteit van de door ons gebruikte KPI's wordt geduid in hoe wij werken.
Bedrijfstype
Toezichtintensiteit 2020
Toezichtintensiteit 2021
Roodvlees-slachthuizen (permanent toezicht)
92%
96%
Roodvlees-slachthuizen (klein en middelgroot)
83%
90%
Pluimvee-slachthuizen (permanent toezicht)
100%
100%
Pluimvee-slachthuizen (klein en middelgroot)
70%
67%
Wildbewerkingsinrichtingen
69%
79%
Onze resultaten
In ons jaarplan voor 2021 hebben we voor het totale publieke belang Voedselveiligheid doelstellingen geformuleerd. Hieronder leest u per doelstelling in hoeverre we die in het afgelopen jaar hebben behaald, waarbij groen voor een volledig behaald resultaat staat en oranje voor een resultaat dat gedeeltelijk is behaald.
De volgende activiteiten hebben bijgedragen aan het bevorderen van de veiligheid van levensmiddelen, bijzondere eet- en drinkwaren, diervoeders en dierlijke bijproducten:
We hebben een model ontwikkeld om bedrijven in te delen op basis van veiligheidsrisico's. Zo kunnen we beter prioriteiten stellen.
We hebben de insectenketen in beeld gebracht voor dierlijke bijproducten, diervoeders en levensmiddelen, dit dient als basis voor het inrichten van het toezicht in 2022.
We hebben inhoudelijk bijgedragen aan de voorbereidingen voor een wettelijke meldplicht voor commerciële laboratoria bij onveilige levensmiddelen. Daarmee kunnen we de naleving van de wettelijke meldplicht door bedrijven verhogen en fraude door het bewust verhandelen van schadelijke levensmiddelen beperken.
Op basis van risicobeoordelingen van BuRO en andere Europese zusterorganisaties werken we samen met het ministerie van VWS aan het opstellen van een lijst met schadelijke stoffen in voedingssupplementen, zoals farmacologisch actieve stoffen, waarvoor een wettelijk verbod komt. Hierdoor kan de NVWA effectiever en efficiënter handhaven en onveilige voedingssupplementen sneller uit de handel laten halen. We hebben samenwerking gezocht met de Douane om risicogerichte controles beter te kunnen uitvoeren, bijvoorbeeld voor de import van voedingssupplementen en dierlijke bijproducten en voor exportcontroles bij verwerkte dierlijke eiwitten.
We zijn gestart met het opstellen van een naleefbeeld van de kalverhouderij over het gebruik en de registratie van diergeneesmiddelen.
Steeds vaker zetten we handhavingscommunicatietechnieken in (bijvoorbeeld bij plaagdierenbestrijding bij ambachtelijke bakkers) om de naleving bij bedrijven te bevorderen. In 2022 gaan we hiermee verder, onder andere bij het toezicht op allergeneninformatie bij onverpakte levensmiddelen.
We hebben bij de European Food Safety Authority (EFSA) resultaten van monitoring en handhaving via monstername en analyse aangeleverd op het gebied van onder meer chemische verontreinigingen, microbiologische parameters, GGO's, residuen van bestrijdingsmiddelen en residuen van diergeneesmiddelen, diervoeders en dierlijke bijproducten. Ook hebben we deze resultaten ingebracht in de jaarlijkse rapportage van het meerjarencontroleplan van de Europese Commissie. De resultaten worden door de EFSA gebruikt voor risicobeoordelingen en door de Europese Commissie voor het opstellen of bijstellen van wettelijke limieten.
In 2021 zijn we begonnen met het opstellen van een afwegingskader voor meldingen (meestal van consumenten) over voedselveiligheid die bij het klant contact centrum binnenkomen. Ook bij diergeneesmiddelen is gebruik gemaakt van een afwegingskader, waardoor meldingen over overschrijding van de maximum residu limiet (MRL) voor diergeneesmiddelen (wat schadelijk is) prioriteit krijgen. In 2022 gaan we verder met de implementatie hiervan en verbreden we het naar alle meldingen.
Meldingen vanuit de zogenoemde zelfcontrole in de diersectoren handelen we af volgens de 'GFL-meldingensystematiek': de houder moet zelf een oorzaakanalyse uitvoeren en maatregelen nemen waardoor risicovolle producten niet in het consumptiekanaal terechtkomen en herhaling wordt voorkomen.
Het beleid rond de meldplicht voor overschrijdingen van maximum residu limieten voor bestrijdingsmiddelen in levensmiddelen en diervoeders is aangepast. Het gevolg is dat partijen met een overschrijding die binnen de meetonzekerheid vallen en de overschrijding er niet toe leidt dat het product onveilig is dit niet meer gemeld hoeft te worden bij de NVWA. Hierdoor kan de toezichtinzet van de NVWA worden besteed waar die het meest nodig is, namelijk bij het uit de handel laten halen van schadelijke partijen en partijen met forse MRL-overschrijdingen.
De NVWA heeft inhoudelijk bijgedragen aan de 'vier-uurs-beleidsregel' van de minister van VWS. Die regel gaat bedrijven verplichten om binnen 4 uur nadat bekend is dat ze een onveilig levensmiddel in de handel hebben gebracht, dit te melden bij de NVWA, inclusief traceringsgegevens. Hiermee kunnen schadelijke partijen levensmiddelen, diervoeders en dierlijke bijproducten sneller getraceerd worden en sneller uit de handel worden gehaald.
We hebben diverse toetsingstrajecten en monitoringsplannen voor private kwaliteitssystemen uitgevoerd:
Voor Industriële Productie en horecabedrijven die gecertificeerd zijn bij een geaccepteerd privaat kwaliteits- of controlesysteem passen we aangepast toezicht toe.
We hebben deelname aan een Privaat Orgaan Controlesysteem (POC) gepromoot bij horecabedrijven. Ook hebben we ons interventiebeleid aangepast en geaccepteerde systemen een prominentere rol gegeven in het verscherpt-toezichttraject.
We hebben samenwerkingsafspraken gemaakt met de Keuringsraad voor de toetsing van voedings- en gezondheidsclaims (KOAG/KAG).
Tijdens een 'fact finding'-missie van de Europese Commissie, Directie Health and Food Audits and Analysis (HFAA), is aangegeven dat de NVWA het toezicht op frauderisico's nog niet voldoende heeft geïmplementeerd in het reguliere toezicht. In 2021 hebben we wel projectmatig aandacht besteed aan fraude in de levensmiddelen-, diervoeder- en dierlijke bijproductenketen. Zo hebben we bij diervoeders projectmatig toezicht uitgevoerd: we hebben gekeken of partijen die vanwege schade niet meer in diervoeder gebruikt mogen worden, ook daadwerkelijk niet meer in de diervoederketen zijn gebruikt. Ook hebben we toezicht gehouden bij bedrijven die materialen met verschillende statussen verhandelen of hanteren, zoals 'food', 'feed', dierlijk bijproduct of afval. We hebben gekeken of de materialen de juiste bestemming krijgen. Daarbij combineerden we toezicht op de financiële administratie en de documentadministratie. Met beide projecten gaan we in 2022 verder.
Daarnaast werkten we aan een 'targeted' fraude-project, voor het volgen van afgekeurde partijen levensmiddelen bij importeurs. Ook hiermee gaan we in 2022 door. We hebben samenwerking gezocht met de Nederlandse Emissieautoriteit om de fraude bij productie van biodiesel met bak- en braadoliën aan te pakken.
Steeds meer productsoorten worden via internet te koop aangeboden. Om daar goed toezicht op te houden:
passen we in sommige domeinen internet scraping toe als integraal onderdeel van het toezicht, bijvoorbeeld gericht op verboden of misleidende claims bij voedingssupplementen en diervoeders, alsook op het gebruik van onveilige dierlijke bijproducten bij de productie van rauw diervoeder. Deze techniek moet nog wel verfijnd worden;
ontwikkelden we een toezichtsaanpak voor internetverkoop van maaltijden door thuisbereiders, waar we in 2022 mee verdergaan;
hebben we een format ontwikkeld om afwijkingen die we bij internetverkoop van diergeneesmiddelen constateren, op een uniforme manier af te handelen.
Het naleven van de voedsel- en voederveiligheidsregels is belangrijk. Daarom hebben inspecties bij bedrijven die in een verscherpt-toezichtstraject terecht zijn gekomen, hoge prioriteit. Deze inspecties verliepen in 2021 volgens planning.