Advies van BuRO over risico's verontreiniging pluimveekarkassen

Nepluvi stelt dat een geringe overdracht van bacteriële besmetting op een kippenkarkas tijdens de slacht niet leidt tot een substantiële toename van de al op het pluimveekarkas aanwezige hoeveelheden micro-organismen. BuRO adviseert de NVWA om niet akkoord te gaan met deze stelling, omdat ze onvoldoende onderbouwd is.

Aanleiding

De aanleiding voor dit advies is het onderzoek 'Bepaling van de additionele microbiële bijdrage van diverse soorten bezoedeling aan de al op pluimveekarkassen aanwezige vracht' door het Institute for Risk Assessment Sciences (IRAS) dat de Vereniging van de Nederlandse Pluimveeverwerkende Industrie (Nepluvi) heeft laten uitvoeren.

Bezoedeling

De NVWA houdt toezicht op het slachtproces van pluimvee en verricht interventies bij herhaalde zichtbare bezoedeling van pluimveekarkassen. Bij geconstateerde zichtbare verontreinigingen kan het gaan om zichtbare sporen van vervuiling door inhoud van het spijsverteringskanaal (inclusief gal) van pluimveekarkassen of andere verontreinigingen waardoor karkassen ongeschikt kunnen worden voor menselijke consumptie.