Rol NVWA bij tandbleekmiddelen
De NVWA ziet er op toe dat u tandbleekmiddelen verhandelt die aan de wettelijke eisen voldoen. We controleren de rechtstreekse verkoop aan consumenten door drogisterijen, 'bleekshops', schoonheidssalons of via internet. En de verkoop door dental depots aan mondhygiënisten en tandartsen.
Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd
Tandbleekmiddelen met waterstofperoxide gehaltes van 0,1% tot 6% mogen alleen aan tandartsen worden verkocht. Wanneer het waterstofperoxidepercentage hoger is dan toegestaan, treedt de NVWA op tegen de verkoper.
Het gebruik van tandbleekmiddelen voor de behandeling van cliënten in tandartspraktijken valt onder het toezicht van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ).
Hoe de NVWA handhaaft
De NVWA doet onderzoek naar tandbleekmiddelen op basis van klachten. Op het moment dat een klacht wordt gemeld, neemt de inspecteur een monster dat wordt onderzocht in het laboratorium. Als niet aan de wettelijke eisen wordt voldaan, volgt een maatregel. Afhankelijk van de ernst van de overtreding is dit een waarschuwing, een boeterapport of een proces-verbaal. U kunt als ondernemer de opdracht krijgen het product uit de schappen te halen. Afhankelijk van de ernst van de overtreding wordt u verplicht het product ook bij consumenten terug te roepen.
Europees waarschuwingssysteem
Als het product ook in andere EU-landen in de handel is gebracht, meldt de NVWA de tekortkoming aan de lidstaten via het Rapid Alert systeem van de EU (RAPEX).
Herinspectie NVWA
De verantwoordelijke ondernemer moet ervoor zorgen dat de overtreding opgeheven wordt. Op een later tijdstip volgt altijd een herinspectie door de NVWA om te controleren of inmiddels aan alle eisen is voldaan.