Inspectieresultaten toepassing droogzetinjectoren met antibiotica bij melkvee 2023-2024

In 2023 en 2024 heeft de NVWA risicogericht bij 15 melkveebedrijven een inspectie uitgevoerd naar het gebruik van droogzetinjectoren. We controleerden of droogzetinjectoren met antibiotica correct werden toegepast.

In het kort: droogzetters met antibiotica alleen toegestaan bij uierinfectie

Bij drachtige melkkoeien wordt de melkproductie gestopt in de weken voordat zij een kalf werpen. Het stoppen van de melkgift wordt ‘droogzetten’ genoemd. De periode van droogstand duurt meestal 6 tot 8 weken. Na de geboorte van het kalf komt de melkgift weer op gang.

Droogzetinjectoren: 2 soorten

Voor het droogzetten worden melkkoeien vaak behandeld met droogzetinjectoren (ook wel: droogzetters). Een droogzetinjector sluit het slotgat af van het kwartier van de uier. Op die manier kunnen infecties worden voorkomen. Er zijn droogzetinjectoren met en zonder antibiotica.

De droogzetinjectoren die antibiotica bevatten mogen alleen toegepast worden om een uierinfectie te genezen. Daarom moet bij gebruik van droogzetinjectoren met antibiotica eerst worden aangetoond dat er sprake is van een uierinfectie.  

Veehouders mogen droogzetinjectoren zelf toepassen

Diergeneesmiddelen met antibiotica mogen alleen op basis van een diergeneeskundig voorschrift (recept) worden afgegeven. Maar veehouders mogen droogzetinjectoren met antibiotica ook zelf op voorraad hebben en zelf toepassen. Daarbij gelden wel strikte voorwaarden, waaronder deze:

  • De veehouder moet eerst samen met de dierenarts een bedrijfsbehandelplan en een bedrijfsgezondheidsplan opstellen. Hierin staat onder meer beschreven hoe de veehouder kan vaststellen dat een koe een uierinfectie heeft. De melk heeft dan bepaalde ontstekingswaarden (ook wel: afkapwaarden). Voor deze afkapwaarden kan gebruik gemaakt worden van de Richtlijn antimicrobiële middelen bij het droogzetten van melkkoeien van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde (KNMvD).
  • De veehouder moet zich houden aan de voorwaarden die in het bedrijfsbehandelplan en in het bedrijfsgezondheidsplan staan. De voorwaarden voor het zelf toedienen van antibiotica staan op de website van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO): Voorwaarden zelf toedienen van antibiotica (rvo.nl).

Resultaten inspecties

In 2023 en 2024 hebben we risicogericht bij 15 melkveebedrijven inspecties uitgevoerd waarbij de toepassing van droogzetinjectoren met antibiotica is beoordeeld. De bedrijven waren geselecteerd op basis van de gegevens in Medirund, de aangewezen database voor de registratie van antibioticagebruik voor runderen. Hierin houden dierenartsen bij hoeveel antibiotica zij aan veehouderijen leveren. Bij de betreffende bedrijven werden relatief veel droogzetters met antibiotica afgeleverd.

Van de 15 inspecties waren er 5 akkoord en 10 niet akkoord. Bij deze inspecties hadden de veehouders zich niet aan de voorwaarden van het bedrijfsbehandelplan of bedrijfsgezondheidsplan gehouden.

We hebben ook gekeken naar de rol van de dierenarts bij de 15 geselecteerde bedrijven. Van deze vervolginspecties waren er 11 akkoord en 4 niet akkoord.

Inspectieresultaten veehouders: 5 van de 15 inspecties akkoord

Selectie van bedrijven

We selecteerden bedrijven waar waarschijnlijk 60% of meer van de gemiddeld aanwezige melkkoeien behandeld was. Dit deden we op deze manier:

  • We keken in Medirund hoeveel droogzetinjectoren met antibiotica waren geleverd aan een bedrijf.
  • We berekenden hoeveel melkkoeien hiermee behandeld konden worden. Hierbij gingen we ervan uit dat er per melkkoe 4 droogzetinjectoren nodig zijn.
  • Het aantal behandelde melkkoeien zetten we naast het aantal melkkoeien dat gemiddeld aanwezig was op het bedrijf in dat jaar.
  • Daarnaast gingen we ervan uit dat circa 30% van de gemiddeld aanwezige melkkoeien jaarlijks wordt vervangen door vaarzen. Dit zijn runderen die voor de eerste keer een kalf krijgen. Voor de geboorte van het kalf worden zij niet gemolken. Bij deze dieren is dus geen sprake van een periode van droogstand, en daarom worden zij ook niet behandeld met droogzetinjectoren.

Werkwijze en resultaten

Veehouders moeten gegevens over de toepassing van diergeneesmiddelen bijhouden in hun administratie (in een logboek). Tijdens onze inspecties vergeleken we de gegevens in het logboek met de individuele koegegevens van de melk productie registratie (MPR). In dit systeem wordt onder meer bijgehouden hoeveel cellen per milliliter de geleverde melk bevat. Dit is het celgetal. Een hoog celgetal wijst op een ontsteking.

In 2023 voerden we 14 inspecties uit. Hierbij keken we naar de gegevens van het jaar 2022. Van deze 14 inspecties waren er 4 akkoord en 10 niet akkoord.

  • 9 inspecties waren niet akkoord omdat niet werd voldaan aan de afkapwaarden zoals vermeld in het bedrijfsbehandelplan (zie hierboven de uitleg over de afkapwaarden uit de richtlijn).
  • 1 inspectie was niet akkoord omdat de veehouder zich niet had gehouden aan de aanbevelingen van de dierenarts zoals beschreven in het bedrijfsgezondheidsplan.

In januari 2024 is de laatste inspectie uitgevoerd. Hierbij keken we naar de gegevens van het jaar 2023. Deze inspectie was akkoord.

Hoe hebben wij gehandhaafd?

Wij hebben gehandhaafd volgens ons interventiebeleid. We hebben 10 rapporten van bevindingen opgesteld, waaruit een bestuurlijke boete is opgelegd.

Motivatie veehouders

Wij vroegen de veehouders die in overtreding waren waarom zij waren afgeweken van de afkapwaarden. Hiervoor gaven zij verschillende redenen:

  • Het celgetal in de melktank was te hoog, daarom zijn alle koeien behandeld. Het is onverantwoord om dat niet te doen.
  • De droogzetinjectoren bevatten maar weinig antibiotica. De dosis blijft onder de toegestane dierdagdosering (DDD). Daarom is het niet nodig om eerst vast te stellen of sprake is van een infectie.
  • Er mag op basis van eigen inzicht worden afgeweken van het bedrijfsbehandelplan.
  • Bij sommige koeien zijn er problemen met de spenen. Het gaat dan bijvoorbeeld om koeien die een ruimer slotgat in de spenen hebben en daardoor te veel melk laten schieten, of koeien met eeltvorming aan het slotgat of de speen. Bij deze problemen is het toegestaan om ook bij lagere afkapwaarden droogzetinjectoren toe te passen.
  • Bij koeien die een productie hebben van meer dan 12 kilogram melk per dag vindt de houder het risicovol om niet te behandelen met droogzetinjectoren.
  • Het ging om een vergissing tussen de afkapwaarde van koeien en vaarzen.
  • Sommige koeien hadden eerder wel een te hoog celgetal, alleen bij de laatste meting zaten ze onder de afkapwaarden.

Op alle geïnspecteerde bedrijven werden droogzetinjectoren toegepast met de werkzame stof cloxacilline benzathine. Dit is een antibioticum dat als eerste keuze is aangewezen. Middelen van eerste keuze werken volgens de laatste wetenschappelijke inzichten tegen de infectie waartegen ze gebruikt worden en veroorzaken de minste selectiedruk op antibioticumresistentie.

Maar wat het motief of soort toegepaste droogzetinjector met antibioticum ook is, veehouders mogen niet op eigen initiatief afwijken van het bedrijfsbehandelplan. Dit mag alleen in overleg met de dierenarts waar het bedrijf een 1-op-1 overeenkomst mee heeft, of een dierenarts die in de overeenkomst is opgevoerd als vervanger.

Inspectieresultaten dierenartsen: 11 van de 15 akkoord

We hebben ook gekeken naar de rol van de dierenarts bij de 15 geselecteerde bedrijven. Dierenartsen moeten het gebruik van antibiotica verantwoorden in lijn met de geldende regelgeving. Zij moeten er onder meer op toezien dat antibiotica alleen worden gebruikt voor een curatieve behandeling.

Resultaten

Van deze inspecties waren er 11 akkoord en 4 niet akkoord. We zagen de volgende overtredingen:

  • Het door de dierenarts opgestelde bedrijfsgezondheidsplan voldeed niet aan de gestelde voorwaarden.
  • De dierenarts adviseerde om droogzetinjectoren ook zonder geldige reden toe te passen.
  • De dierenarts monitorde het gebruik van antibiotica door veehouders onvoldoende.

Hoe hebben wij gehandhaafd?

Er zijn verschillende interventies toegepast:

  • 1 officiële waarschuwing
  • 1 rapport van bevindingen, op basis hiervan kan een boete en/of andere maatregel worden opgelegd
  • 2 berechtingsrapporten voor de klachtambtenaar, deze kan een klacht kan indienen bij het Veterinair Tuchtcollege

Motivatie dierenartsen

Wij vroegen de betreffende dierenartsen naar hun motieven. Zij gaven aan dat het niet altijd mogelijk is om continu te monitoren hoeveel droogzetinjectoren er binnen de praktijk aan een veehouder worden afgegeven en hoe deze vervolgens door de veehouder worden toegepast. Ook gaven zij aan niet te weten dat in de regelgeving is vastgelegd dat het bedrijfsbehandelplan en het bedrijfsgezondheidsplan bindend zijn voor de veehouder en dat er uitvoeringstermijnen verbonden moeten worden aan de maatregelen in het bedrijfsgezondheidsplan.

Vervolgaanpak

Bij onze reguliere controles op veehouderijen constateerden we regelmatig dat melkkoeien preventief werden behandeld met droogzetinjectoren met antibiotica. Op basis van dit signaal besloten we om hier projectmatig inspecties op uit te voeren. Gedurende dit project werden dezelfde bevindingen gedaan.

De resultaten van dit project gebruiken we om het toezicht op de juiste inzet van  droogzetinjectoren met antibiotica verder vorm te geven. Dit helpt ons om toezicht te houden waar dit het hardst nodig is, en om ons risicogerichte toezicht verder aan te scherpen. Mogelijk komt er een vervolgproject of gaan we bij de reguliere inspecties controleren op het gebruik van droogzetinjectoren. In 2025 kunnen we op basis van meldingen inspecties doen op het gebruik van droogzetinjectoren.